zondag 22 september 2013

De ortolaan



De volgende morgen hield Richard Dawkins een lezing waarin hij ons voorhield dat wij de evolutie van organismen dienden te begrijpen als de evolutie van zelfzuchtige genen. Wij, en alle andere dieren en planten waren slechts het omhulsel voor genen die zich reproduceren wilden. Wij waren de blikken auto's, de genen waren de chauffeurs.

Terwijl ik naar hem luisterde, besefte ik dat dit verhaal kon worden beschouwd als een consequent, onverbiddelijk logisch doordachte slotsom van de evolutietheorie. Het verbaasde mij dat ik het me zo aantrok, dat ik mij er met hart en ziel tegen te weer stelde, hoewel dat op zuiver (bio-)logische gronden niet goed kon. Het verwonderde mij dat ik, daar op het balkon, en neerkijkend op de met gloedvolle overtuiging pratende Dawkins, maar steeds moest denken aan wat Dokter Glas had geschreven: 'Ik was vierkant tegen het Darwinisme: ik had het gevoel dat dat alles zinloos maakte, dom, ordinair. Het mag onder geen voorwaarde waar zijn; als het waar is wil ik er niet langer bij zijn; in zo'n wereld heb ik niets te maken.' En terwijl hij maar verder praatte, vielen mij ook de woorden van Kierkegaard weer in: 'Indien er ten grondslag aan alles slechts een wild gistende macht lag die, terwijl ze zich in de duistere hartstochten wentelde, alles voortbracht, zowel het grote, als het onbeduidende, wat was het leven dan leeg en troosteloos.'

Ja, dacht ik, en daar staat nu iemand die haarfijn uitlegt dat die wild gistende macht van Kierkegaard niets anders is dan het zelfzuchtige gen dat alles heeft voortgebracht, zowel het grote als het onbeduidende, maar hij laat K.'s vertwijfeling geheel buiten beschouwing, hij doet net alsof hij een vrolijke boodschap brengt, een waarheid die inspireert.

[...] je verlangt blijkbaar toch steeds naar iets inspirerends, naar iets dat hoop geeft, dat alles betekenis verleent, of in ieder geval alles minder banaal maakt, maar dit... dit maakt alles pas goed zinloos en uitzichtloos. Daar heb je dan zes jaar biologie voor gestudeerd en twaalf jaar onderzoek voor gedaan - om te horen dat we alleen maar een toevallig bijprodukt zijn van zelfzuchtige genen. Is dat een waarheid die inspireert, een idee waarvoor men leven en sterven wil?

- Maarten 't Hart, 1984


Geen opmerkingen:

Een reactie posten