dinsdag 5 juni 2012

Het mooie taalpuristje

Shanice Geel’s column in de Metro: Random column, dude (4-6-2012)
(http://www.metronieuws.nl/columns/random-column-dude/SrZlfa!CUe5DJmC2Fs/)

Shanice Geel, random column, dude


Een ingezonden reactie: Het mooie taalpuristje (5-6-2012)
(http://metrocolumn.nl/view/cvwl)

Toen ik afgelopen maandag in de trein een willekeurige krant ter handen nam met het plan mijn voeten er op te draperen omdat ik geen zin had in het moralistische geleuter van een zichzelf serieus nemende conducteur, viel mijn oog op de foto van een jonge dame met een stralende lach. Een column op pagina 6. Ik lezen. Het mooie meisje heette Shanice en had een verhaal geschreven over de verloedering van de Nederlandse taal. Onze eens zo florissante taal wordt gecorrumpeerd door mocro’s en forumfappers die te pas en te onpas op de proppen komen met de meest gare woorden en grammaticale wanconstructies welke niet stroken met het door ons op de basisschool geleerde canon, aldus de deerne.

Ik las dit en het raakte me. De combinatie van hipheid, conservatisme en vrouwenhumor (oxymoron) deed me smelten. Ik moest en zou reageren. Maar hoe? Wijzen op haar eigen taalflatertjes is flauw en betweterig. Bovendien is de grap over het foutieve ‘me mateloos irriteren’ in een ver verleden door Theo Maassen al gemaakt. Ook het belichten van haar eigen ambiguïteit is irritant, laat staan productief. Al die betekenisloze Engelstalige modewoorden gaan Shanice niet in de koude kleren zitten. In haar hart moet ze huilen, maar ze doet nonchalant. Dagelijks whatsappt ze de laatste populaire woorden door naar haar maatje. Gelukkig een typisch oer-Hollandse bezigheid.

Schone Shanice. Weet je wat het met de taal is? Hij heeft schijt. Novalis zei het al; de taal bekommert zich slechts om zichzelf. Woorden en grammaticale structuren repliceren en muteren waar je bij staat. De hele meuk is zo dynamisch als de pest. Een oproep ter behoud van de taal zoals hij is, is daarom een hopeloze geste. Een vergeefs gevecht tegen de bierkaai. Het Nederlands anno 2012 verschilt significant van dat uit 1612. Maar die verandering – of moet ik zeggen teloorgang – valt niemand aan te rekenen. Niemand heeft dat gedaan. Het is gewoon gebeurd. De taal is autonoom, die deed het zelf.

Als jij de persoon aan kunt wijzen die verantwoordelijk is voor de introductie van het woord random in de Nederlandse taal krijg je van mij een kusje. Speaking of which. Misschien moeten we het er onder het genot van een wijntje nog maar eens rustig over hebben? In het echt ben ik een stuk minder kut, dat beloof ik. Je kunt me herkennen aan een rode roos.